Het is 2001 en in Ede is er een tweede brandweerpost opgericht, Sectie Stadspoort. Om deze nieuwe ploeg te ondersteunen in haar taken, rijdt brandweer Ede-Centrum mee met alle meldingen van deze nieuwe ploeg.
Het is dinsdagavond en de oefenavond van de vrijwilligers Ede-Centrum is bijna afgelopen. Aan het einde van deze avond, worden de gebruikelijke dienst mededelingen gedaan door de Sectie Commandant. We zitten amper aan de koffie en de onderwerpen worden besproken als de pieper gaat.
In deze tijd worden we nog op de ouderwetse manier gealarmeerd, d.w.z. alleen een geluidsmelding, geen spraak. Aan het geluidsignaal kunnen we horen dat onze hele ploeg wordt gealarmeerd. De koffie blijft onaangeroerd op de tafel staan als wij ons naar boven spoeden, naar de remise.
Aangezien alle vrijwilligers op de kazerne zijn, is de auto achterin gauw gevuld en is het wachten op de piket chauffeur. Dit laat niet lang op zich wachten en rukken we uit naar het opgegeven adres.
In deze tijd hebben we in Ede nog een eigen Alarmcentrale en weten van de wachtcommandant (dit noemen tegenwoordig een centralist) dat het een automatische brandmelding betreft en dat ook Sectie Stadspoort mee uitrukt.
We zijn amper vertrokken als de AC aan ons meldt, dat de politie ook mee rijdt i.v.m inbraakalarm in hetzelfde pand. Behalve de TAS van Ede-Centrum rijdt ook de hoogwerker in ons kielzog mee.
In deze tijd van dubbelzijdig aanrijden, maken we er een sport van om eerder dan Sectie Stadspoort aanwezig te zijn. Echter Stadspoort was deze keer sneller dan Ede-Centrum. Bij aankomst is Stadspoort al op verkenning bij de ingang van het gebouw.
Omdat er een duidelijke brandlucht waarneembaar is, forceren we aan de zijkant van het pand een deur om binnen te komen. Ik word met mijn maatje aangewezen als aanvalsploeg en nemen een hoge drukstraal mee naar binnen door de zojuist geopende deur. Bij binnenkomst, staan we in een kleine ruimte van 3 x 3 meter en een wenteltrap naar die naar de 1e verdieping leidt. In een reflex sla ik tegen de wanden om er achter te komen waar deze uit bestaat. Aan het geluid te horen, “lijkt het” op een houten scheidingswand. Samen met mijn maatje ga ik op verkenning uit en we komen in een flinke kantine uit.
De waterploeg komt achter ons aan om bij de deur onze terug tocht te waarborgen. In 1e instantie hebben we geen rook of hitte waarneming in deze ruimte en lopen we richting het kantoor gedeelte. Ook het kantoor gedeelte is rook/hitte vrij en we laten de slang liggen om vlug alle ruimtes te verkennen.
Via de portofoon vraagt onze bevelvoerder naar onze bevindingen en we antwoorden niets waar te nemen. Nadat we het kantoorgedeelte hebben doorkruist, komen we uit op een soort van balkon en kijken in een grote hal en zien de collega’s van Stadspoort lopen.
Wederom vraagt de bevelvoerder of we iets zien en of we last hebben van de rook, ons antwoord is ontkennend.
Nadat wij de bovenverdieping hebben gecontroleerd, worden de oproepen van de bevelvoerder anders van toon, hij meldt sterke rook en warmte ontwikkeling bij de waterploeg boven aan de trap.
Ik zeg tegen mijn maatje dat we teruggaan naar het punt waar we de straal hebben neergelegd. Op dit moment heeft Stadspoort ook een brandhaard ontdekt en gaan tot blussing over, echter deze informatie is ons niet bekend omdat we op een ander portofoon kanaal zitten.
Eenmaal terug bij de hogedrukslang, hebben wij ook de 1e rookwaarneming en klinkt de stem van de bevelvoerder over de portofoon “TERUG KOMEN NU!” maar wij waren al op de terugweg richting de kantine en wenteltrap.
Het duurt niet lang of wij hebben totaal geen zicht meer en neemt ook voor ons de hitte toe. Halverwege de grote kantine doet mijn maatje de overweging om er een ruit uit te slaan en naar beneden te springen, om aan de forse hitte te ontkomen, die wij op dat moment ervaren.
Voor mijn gevoel zijn we niet ver meer van de trap en verwacht ik dat we een flashover krijgen als we nu er een ruit uit tikken. Resoluut zeg ik tegen mijn maatje, dat we dit niet gaan doen en dat de trap de enige manier is om veilig buiten te komen. De bevelvoerder laat weer van zich horen en meld dat de waterploeg de hitte niet meer aankan en zich terug trekt naar de uitgang op de beganegrond.
De laatste meters vliegen we langs de slang naar de trap en neemt de hitte in kwadraat toe. Ik duw mijn maatje richting de trap en roep “als een speer de trap af, nu!”.
Ik geef hem in gedachte 3 seconden voorsprong om de trap af te gaan, zodat we niet over elkaar heen vallen bij het afdalen van de trap. Het zal voor ons beide een snelheidsrecord zijn bij het afdalen van de trap en de hitte op dit moment is ongekend hoog, door mijn pak en handschoenen voel ik de hitte toenemen. Vlak achter elkaar komen we buiten aan bij de bevelvoerder en waterploeg. Ik ben nog geen 5 meter buiten of met donderend geraas komt er een flashover uit de deur naar buiten zetten.
Dit was een “close call” en buiten moeten we onze spullen laten afkoelen, voordat we onze ademluchtmasker kunnen afzetten. De brand komt nu ook door het dak naar buiten en daardoor neemt de temperatuur af in de ruimte van de wenteltrap.
Stadspoort is de brand van de andere kant aan het bestrijden en nadat wij buiten kwamen heeft de waterploeg zich ook op de brand gestort. Nadat wij een nieuwe fles ademlucht tot ons hebben genomen, gaan wij ook weer naar boven en richten ons op de brand. Boven aan de trap is een flink gat in de wand ontstaan waardoor wij ons direct op de brandhaard kunnen richten. De binnenbrand wordt nu via 4 zijden aangepakt en is daarna redelijk vlot onder controle. Na ruim 1,5 uur is het sein brandmeester.
Achteraf heeft de brand zich ontwikkeld achter de houten wand op de 1e etage, echter die houten wand bleek te bestaan uit strak tegen elkaar aan gestapelde dozen, en die dozen waren gevuld met uiterst brandbare goederen.
Uit het politieonderzoek dat volgde is na voren gekomen, dat de eigenaar van het pand, het alarmsysteem heeft uitgeschakeld, brand heeft gesticht, en het alarmsysteem foutief heeft ingeschakeld, waardoor er inbraakalarm volgde.
Het laat zich raden dat de eigenaar zich voor dit feit moest verantwoorden bij de rechter.